Ik was pacifist; had ook bij de keuring voor het leger al aangegeven dat ik een beroep op de dienstweigeringswet zou doen. Omdat er in de vijftiger jaren groot tekort was aan onderwijsmensen in kleine dorpen buiten de Randstad hoefde ik niet te weigeren. Ik kreeg vrijstelling van militaire dienst toen ik in Westernieland werd aangesteld.

Als enthousiast trombonist  blies  ik al gauw mijn partijtje mee in muziekvereniging Orpheus in Eenrum. Het was de tijd dat korpsen voor het eerst in uniform werden gestoken. Zo ook Orpheus. Een uniform met een baret. Het stond mooi, vriendelijk  en minder manhaftig dan al dat gedoe met petten, waar veel korpsen voor kozen. De gemeente Eenrum had in die tijd de jongste burgemeester van ons land: burgemeester Amerika. Hij was opgeleid bij de KMA, de Koninklijke Militaire Academie. Hij was dus opgeleid tot beroepsmilitair.

Uiteraard had hij problemen met mijn anti-militarisme. Dat kon hij nooit verbergen als hij bij Orpheus weer eens “de erewacht inspecteerde”. Hij kwam dan vóór me staan, rukte wat aan mijn baret en mopperde: ”Nou, je kunt het wel zien: nooit in dienst geweest!”.

Sibert Meurs