De meester was in de zestiger jaren in Westernieland nog een man met enige status. In elk geval sprak hij een paar andere talen dan Nederlands alleen.

Een oud-leerling was gaan varen. School was niks voor hem, dat had hij al lang geleden uitgevonden. De wijde wereld in, dat leek hem wel. Het avontuur trok en je verdiende er nog een aardige cent mee ook. Nu en dan was hij even terug in het ouderlijk huis. Met de nodige sterke verhalen natuurlijk. Thuis lag er een brief te wachten tot hij, de geadresseerde, hem zou opensnijden. Jammer nou, die brief was geschreven in een taal die hij niet kon lezen. Dan maar even naar de meester.

En daar kwam Gerrit – zo zullen we hem maar noemen –  beleefd maar vol bravoure vragen of de meester de brief even voor hem wilde vertalen. Dat wilde de meester vanzelf graag voor zijn oud-leerling doen. Eerst die brief maar even dóórlezen voordat hij de vertaling oplas, leek hem het beste. Bij lezing bleek dat ook een juiste aanpak, want de brief vermeldde dat een schatje in een Engels stadje zwanger was van Gerrit. Dat was even buiten berekening.

Iets meer timide dan toen hij kwam verliet de knaap de hoofdenwoning.

Sibert Meurs